Mestmonsters kunnen schapenhouders op het verkeerde been zetten als het om de rode lebmaagworm haemonchus gaat. Schapen kunnen doodgaan aan deze worm, terwijl er in de mest geen wormeieren worden gezien.
Bij GD zijn de laatste weken verschillende dode schapen onderzocht waarbij bleek dat ze waren doodgegaan aan een ernstige besmetting met Haemonchus contortus, de rode lebmaagworm. Het vreemde was dat bij mestonderzoek van deze dieren vrijwel geen, tot zelfs helemaal geen, wormeieren waren gevonden.
De oorzaak is niet helemaal duidelijk maar wordt vaker gezien als het na een tijd van droogte flink gaat regenen. De larven van de lebmaagworm kunnen goed tegen droogte en overleven dan maanden op het land of in mest. Als het na droogte gaat regenen, nemen grazende lammeren en schapen massaal deze larven op. Door een overgevoeligheidsreactie op deze jonge larven, valt de ei-uitscheiding van volwassen wormen tijdelijk stil.
Dit fenomeen heet ‘self cure’ is volgens GD verraderlijk. De dienst adviseert niet blind te staren op eitellingen.
Aan het laden ...
