De NVWA heeft na de Q-koortsbesmetting in april in Brakel een traceringsonderzoek uitgevoerd en kwam daarbij uit op 2 bedrijven in Friesland en een bedrijf op Texel. De betreffende schapenhouders hebben besloten de dieren uit voorzorg af te voeren naar de slacht onder toeziend oog van de NVWA.
Minister Adema liet weten via een brief aan de Kamer: “De NVWA heeft een traceringsonderzoek uitgevoerd en drie risico-contacten in beeld gebracht. Op 20 januari en 2 februari 2024 zijn niet gevaccineerde drachtige melkschapen van het Brakelse bedrijf afgevoerd naar drie andere bedrijven. Het betreft 2 melkschapenbedrijven in de provincie Friesland en een melkschapenbedrijf op Texel.”
Risico’s laag ingeschat
Deze schapen zijn vóór het vaststellen van de besmetting op het bedrijf in Brakel verplaatst. Op de ontvangende bedrijven zijn geen ziekteverschijnselen waargenomen en ook geen besmettingen in de tankmelk aangetroffen. De risico’s op deze bedrijven en de omgeving zijn daarom als laag ingeschat. Er worden op deze bedrijven geen bezoekersverboden of verplichte hygiënemaatregelen ingesteld.”
Q-koorts is een zoönose. Met het oog op dit risico voor de volksgezondheid gelden er diverse voorschriften, waaronder een vaccinatieplicht voor bedrijven met meer dan 50 melkschapen of -geiten en voor locaties met een publieksfunctie. De besmetting op het melkschapenbedrijf in Brakel is aan het licht gekomen via de verplichte tankmelkmonitoring, waarbij Q-koortsbacteriën in de tankmelk zijn aangetroffen.
Systeem werkt
Adema: “Het verplichte tankmelkmonitoringsprogramma wordt in Nederland al gedurende vele jaren uitgevoerd. Hierbij wordt maandelijks een test gedaan op de tankmelk om de eventuele aanwezigheid van de Q-koortsbacterie op te sporen. De besmetting in Brakel is via deze monitoring aan het licht gekomen. Dit laat zien dat het systeem werkt.”
Lees ook:

